Om de klimaatdoelen te halen is afgesproken dat we in 2030 in Nederland onze CO2-uitstoot met 55% – 60% verminderen ten opzichte van 1990. Dit betekent onder meer dat in 2030 in totaal 1,5 miljoen woningen met duurzame energie moeten worden verwarmd. Aardwarmte is daarbij nodig.
Aardwarmte wordt gezien als een van de schoonste en goedkopere bronnen van duurzame warmte. Op meerdere manieren is aardwarmte een duurzame bron van energie. Ten eerste is de voorraad die in de aardkorst zit nagenoeg onuitputtelijk. Door natuurlijke processen in de kern van de aarde is het water herbruikbaar (want het wordt steeds opnieuw opgewarmd). Wel zal de temperatuur van de hete grondlagen door de productie van aardwarmte over een termijn van enkele tientallen jaren lokaal afnemen, een daling die zich weer zal herstellen als het doublet uit productie wordt genomen.
Ten tweede komt bij de productie van aardwarmte nauwelijks CO2 vrij. De CO2-uitstoot van geothermie is nu ongeveer 90% lager dan bij cv-ketel die gebruik maakt van aardgas. Het is nog niet honderd procent CO2-neutraal, maar er zijn diverse oplossingen om de CO2-uitstoot naar nul te brengen.